Bijgewerkt op 4 maart 2017
Wat zijn zoetstoffen?
Zoetstoffen zijn een vervanger van suiker om een product zoet te maken zonder calorieën toe te voegen. Zoetstoffen kunnen in een product alle suiker vervangen of slechts een deel daarvan.
Er is veel aandacht voor zoetstoffen, aangezien deze volgens sommige mensen schadelijk zouden zijn voor onze gezondheid. Deze uitspraken zijn vaak een gevolg van verkeerde conclusies. Tot op heden is er geen bewijs dat zoetstoffen slecht zijn voor onze gezondheid. Bovendien mogen alleen de zoetstoffen gebruikt worden die goedgekeurd zijn door de Europese autoriteit voor voedselveiligheid.
Welke zoetstoffen zijn er?
In Europa zijn wel vijftien verschillende soorten zoetstoffen goedgekeurd en worden dus gebruikt in voedingsmiddelen. Zoetstoffen kunnen afkomstig zijn uit de natuur, maar kunnen ook kunstmatig geproduceerd worden. Een zoetstof wordt op de verpakking vermeld met de naam of het E-nummer van de betreffende zoetstof.
Bij zoetstoffen kan onderscheid gemaakt worden in intensieve- en extensieve zoetstoffen. Extensieve zoetstoffen zijn even zoet of minder zoet dan suiker. Intensieve zoetstoffen daarentegen zijn minimaal 30 keer zo zoet als suiker.
Intensieve zoetstoffen
Intensieve zoetstoffen zijn zoetstoffen waarvan de zoetkracht vele malen hoger is dan die van suiker. Om deze reden hoeft aan een product maar weinig zoetstof toegevoegd te worden om dezelfde zoete smaak te krijgen. Bovendien leveren intensieve zoetstoffen (bijna) geen calorieën. Intensieve zoetstoffen komen in de meeste gevallen niet voor in de natuur en worden dus kunstmatig geproduceerd. De bekendste en meest gebruikte intensieve zoetstoffen zijn:
- Aspartaam
- Acesulfaam K
- Sacharine
- Glucosefructosesiroop
- Cyclamaat
- Stevia
Aspartaam
Aspartaam is 200 keer zoeter dan gewone suiker. Aspartaam is niet geschikt om te verhitten en wordt dus enkel aan koude producten toegevoegd. Er zijn veel discussies gaande over aspartaam en of deze zoetstof gevaarlijk is voor de gezondheid. Een afbraakproduct van aspartaam is methyl, wat in het lichaam kan worden omgezet in een giftig bestanddeel. Er is niet bewezen of dit ook daadwerkelijk schadelijk is voor de gezondheid, maar hoge hoeveelheden aspartaam zijn om deze reden niet gezond.
Acesulfaam K
In principe smaakt deze zoetstof hetzelfde als suiker. Wanneer Acesulfaam K gebruikt wordt, wordt deze vaak gecombineerd met een andere zoetstof. Net zoals de meeste intensieve zoetstoffen bevat het geen calorieën. De zoetstof is zo’n 200 keer zoeter dan suiker.
Sacharine
Sacharine is een zoetstof die minimaal 300 keer zoeter is dan suiker. Van deze zoetstof wordt gezegd dat een teveel aan sacharine kan leiden tot verschillende vormen van kanker. Dit is echter nog niet aangetoond. Ook Sacharine levert geen calorieën.
Glucosefructosesiroop
Deze zoetstof wordt geproduceerd uit mais. In de Verenigde Staten wordt glucosefructosesiroop veelvuldig gebruikt in koek en snoep om het product zoeter te maken. Fructose en glucose zijn beide vormen van suiker die in combinatie zorgen voor een nog grotere zoetkracht.
Cyclamaat
Net zoals veel intensieve zoetstoffen, brengt cyclamaat een bittere nasmaak met zich mee. De zoetstof is 30 keer zoeter dan suiker en kan in grote hoeveelheden eventueel gezondheidsrisico’s met zich meebrengen. In tegenstelling tot veel andere zoetstoffen, is cyclamaat wel geschikt om te verhitten.
Stevia
Op het gebied van zoetstoffen is Stevia de nieuwste ontdekking. Stevia is een van de weinige zoetstoffen die gewonnen wordt uit de natuur. Stevia is afkomstig uit de Steviaplant en is 200 keer zoeter dan suiker. Door de extreem bittere nasmaak wordt Stevia enkel gebruikt in combinatie met suiker of een andere zoetstof.
Extensieve zoetstoffen
Extensieve zoetstoffen worden ook wel polyolen genoemd. Dit zijn niet intensieve zoetstoffen en zijn slechts even zoet als suiker of zelfs maar half zo zoet als suiker. Het voordeel van extensieve zoetstoffen is dat de smaak vergelijkbaar is met die van suiker en zij brengen geen bittere nasmaak met zich mee. In tegenstelling tot intensieve zoetstoffen, leveren extensieve zoetstoffen wel calorieën. Deze hoeveelheid is echter wel maar de helft van de hoeveelheid calorieën die normaal gesproken in suiker aanwezig is. Polyolen kunnen afkomstig zijn uit de natuur, maar ook kunstmatig geproduceerd worden. De kunstmatige polyolen bestaan voornamelijk uit suiker en zetmeel. Extensieve zoetstoffen worden niet in ons lichaam opgenomen. De meest bekende extensieve zoetstoffen zijn:
- Xylitol
- Sorbitol
- Fructose
Xylitol
Deze zoetstof is afkomstig uit de natuur en wordt voornamelijk gebruikt in kauwgom en tandpasta. Xylitol is niet gevaarlijk voor de gezondheid, maar kan ik hoge hoeveelheden wel een laxerende werking hebben.
Sorbitol
Sorbitol is afkomstig uit verschillende soorten fruit. Deze zoetstof wordt vaak gebruikt voor producten zoals jam en gebak. De zoetkracht is minder sterk dan die van suiker, maar bevat ook maar de helft van de calorieën.
Fructose
In het lichaam wordt fructose langzamer verwerkt dan glucose, wat beter is voor de bloedsuikerspiegel. De zoetkracht is vergelijkbaar met die van suiker. Fructose wordt vaak aangeraden voor diabetespatiënten.
Extensieve zoetstoffen worden vaak aangeraden aan mensen met diabetes. Bij de consumptie van gewone suiker ondervindt de bloedsuikerspiegel een snelle stijging. Voor diabetespatiënten is dit erg ongunstig en wordt aangeraden om polyolen te eten. Deze zoetstoffen worden langzamer opgenomen in het lichaam en zorgen dus voor een kleinere daling van de bloedsuikerspiegel. Het nadeel van polyolen is dat deze in grote hoeveelheden een laxerende werking hebben.
Polyolen kunnen naast zoetheid aan het product geven, ook functioneren als stabilisator, verdikkingsmiddel of als emulgator. Bij polyolen is geen maximale dagelijkse inname opgesteld, aangezien besloten is dat polyolen veilig zijn voor onze gezondheid.
Waar zitten zoetstoffen in?
Zoetstoffen zitten in veel meer producten dan je in eerste instantie zou verwachten. Zo worden polyolen dus niet alleen als zoetstof toegevoegd, maar ook als functioneel ingrediënt voor andere doeleinden. Intensieve zoetstoffen zijn vaak aanwezig in frisdranken. In frisdranken is aspartaam de meest voorkomende zoetstof. Daarnaast worden intensieve zoetstoffen vaak toegevoegd aan zuivelproducten, ingeblikte groenten en fruit, ijs, koek, snoep, zoet broodbeleg, zoetjes, vruchtensappen, toetjes, ontbijtgranen, alcoholische dranken en soepen. Polyolen, oftewel intensieve zoetstoffen, worden vaak gebruikt in chocola, koekjes, snoep, gebak, ijs, kauwgom en zuivel. Zoetstoffen vind je voornamelijk in light producten.
Gezondheidseffecten
Alle zoetstoffen die in Europa worden gebruikt zijn goedgekeurd door de EFSA. Zoetstoffen worden enkel goedgekeurd wanneer deze goed zijn onderzocht en dus geen gevaren met zich meebrengen. Toch wordt er gezegd dat sommige zoetstoffen wel degelijk slecht zouden zijn voor de gezondheid.
Polyolen hebben het nuttige dat de bloedsuikerspiegel niet extreem stijgt, waardoor de zoetstoffen geschikt zijn voor diabetici. Daarnaast hebben polyolen wel het negatieve effect dat zij in grote hoeveelheden zorgen voor een laxerend effect, waardoor buikkrampen en diarree kan ontstaan. Om deze reden moeten op producten waarin polyolen aanwezig zijn altijd vermeld worden dat het product bij overmatig gebruik een laxerend effect kan hebben.
Met betrekking tot de intensieve zoetstoffen is er het meest te doen over aspartaam. Doordat aspartaam wordt afgebroken tot onder andere methyl, kan dit schadelijk zijn voor de gezondheid. Hier zijn verschillende onderzoeken naar gedaan bij proefdieren. Deze dieren zouden door de consumptie van aspartaam kanker hebben ontwikkeld. Deze onderzoeken klopten echter niet. Tot op heden zijn er nog geen onderzoeken die daadwerkelijk hebben aangetoond dat aspartaam negatieve gevolgen heeft voor de gezondheid.
Een gunstig gezondheidseffect van zoetstoffen is dat je minder suiker en dus minder calorieën binnenkrijgt. Hierdoor verminderd je energie-inname en zal je dus niet aankomen door bijvoorbeeld hoge hoeveelheden suiker in frisdrank. Bovendien is suiker slecht voor het gebit. Wanneer je suiker-inname vermindert, wordt ook je gebit minder belast.
E-nummers en het etiket
Alle zoetstoffen die in Europa goedgekeurd zijn hebben een E-nummer. Het E-nummer wil zeggen dat de zoetstof is goedgekeurd door de Europese autoriteit voor voedselveiligheid. Een zoetstof krijgt alleen het E-nummer wanneer de EFSA zeker weet dat deze niet schadelijk is voor de gezondheid. De E-nummers van zoetstoffen liggen voornamelijk tussen de E950 en de E970. Met enkele uitzonderingen die liggen tussen de E420.
Op het etiket worden zoetstoffen aangeduid met hun naam of met hun E-nummer. De zoetstof is te vinden in de ingrediëntenlijst van het product. Deze wordt aangegeven met de term ‘zoetstof’ met daarachter het E-nummer of de betreffende naam van de zoetstof. Tegenwoordig proberen producenten zoveel mogelijk E-nummers te vermijden om een zogenaamd ‘clean label’ te krijgen. Hierbij worden kunstmatig geproduceerde stoffen vermeden die worden aangeduid met een E-nummer. Wanneer een producent streeft naar een clean label wordt vaak het E-nummer simpelweg vervangen door de naam van de zoetstof zelf waardoor het E-nummer niet meer zichtbaar is.
Bij sommige zoetstoffen moet nog een extra waarschuwing op de verpakking worden gezet. Zoals al eerder genoemd moeten op producten die veel polyolen bevatten gewaarschuwd worden voor een laxerende werking. Daarnaast moet bij het gebruik van Aspartaam op de verpakking worden vermeld dat het product een bron is van fenylalanine of simpelweg dat het product aspartaam bevat. Deze waarschuwing is verplicht, doordat de consumptie van aspartaam gevaarlijk is voor mensen die lijden aan de stofwisselingsziekte fenylketonurie.
Engelse vertaling
sweeteners
Gepubliceerd door: Simpto.nl
Publicatiedatum: 4 maart 2017
Auteur: Lisa Bruijstens
Laatst bijgewerkt op: 4 maart 2017