Bijgewerkt op 5 januari 2022 door Simpto.nl
Mineralen en hun functies
Onder micronutriënten in voeding vallen zowel vitamines als mineralen. Deze voedingsstoffen lijken best wel op elkaar en vertonen redelijk wat overeenkomsten. Het verschil tussen vitamines en mineralen zit hem in het feit dat vitamines afkomstig zijn uit de levende natuur en mineralen zijn afkomstig uit de dode natuur. Mineralen moeten worden opgenomen uit de bodem en uit water en door andere organismen zoals planten en dieren worden overgedragen op de mens. Mineralen zijn essentieel voor het menselijk lichaam en worden door het lichaam zelf niet aangemaakt. Om deze reden moeten mineralen het lichaam binnenkomen door voeding.
Welke mineralen zijn er?
Per mineraal wordt verteld wat de functie ervan is in het lichaam.
Calcium
Calcium wordt ook wel kalk genoemd en is een belangrijk mineraal dat stevigheid geeft aan het gebit en het skelet. Daarnaast is calcium belangrijk voor het functioneren van spieren en voor de geleiding van zenuwprikkels. Ook is calcium belangrijk bij de stolling van het bloed, groei van cellen en het reguleren van hormonen.
Chroom
Een andere naam voor chroom is chromium. Dit mineraal is essentieel voor de regeling van het insuline in het lichaam en dus voor het stabiel houden van de bloedsuikerspiegel. Ook is chroom belangrijk voor de stofwisseling van vet.
Chloride
Chloride, oftewel chloor, is in combinatie met kalium en natrium belangrijk bij de vochtbalans van het lichaam. Naast het stabiel houden van de vochtbalans, komt chloor nog voor in het maagzuur. In het maagzuur is chloor aanwezig als zoutzuur en draagt bij aan de vertering van voedingsstoffen.
Fluoride
Fluoride zorgt voor de opbouw en de stevigheid van botten en tanden. Het wordt opgenomen in de tanden en de botten en verstevigt zo de structuur ervan.
Fosfor
Fosfor is een belangrijk mineraal om het skelet stevig te houden. Ook speelt het een rol bij de energievoorziening en stofwisseling in het lichaam. Fosfor draagt bij aan de vertering van vetten, koolhydraten en eiwitten en maakt onderdeel uit van het erfelijk materiaal (DNA).
IJzer
IJzer is belangrijk voor de gezondheid van rode bloedcellen, doordat het een onderdeel is van hemoglobine in de rode bloedcellen. De rode bloedcellen in het lichaam zorgen voor de transport van zuurstof vanuit de longen naar alle weefsels. Het zuurstof is essentieel voor het verbranden van voedingsstoffen om energie te produceren. Ook zorgt ijzer voor de ondersteuning van het immuunsysteem en het speelt een rol bij onze energievoorziening.
Jodium
Jodium is een belangrijk mineraal voor de productie van hormonen in de schildklier. Deze hormonen zijn belangrijk bij de spijsvertering en de groei. Ook is jodium belangrijk voor een goede functie van het zenuwstelsel en voor de energievoorziening van het lichaam.
Kalium
Kalium is een mineraal dat een rol speelt bij het geleiden van zenuwprikkels en bij het stabiel houden van de bloeddruk. Ook is kalium essentieel voor het lichaam, doordat het bijdraagt aan samentrekking van de spieren en de spieren voorziet van energie.
Koper
Koper is nodig om ijzer te laten opnemen in het hemoglobine in de rode bloedcellen. Om deze reden speelt koper een rol bij de transport van zuurstof door het lichaam. Daarnaast is koper belangrijk voor het huidpigment, de vorming van bindweefsel en botten en draagt het bij aan een goede weerstand.
Magnesium
Magnesium speelt een grote rol bij de energiestofwisseling, het overdragen van zenuwprikkels en goede functie van onze spieren. Ook zorgt magnesium voor een stevig skelet en draagt het bij aan stevigheid van de spieren.
Mangaan
Mangaan is een belangrijk mineraal dat het lichaam nodig heeft voor het vormen van weefsel in de botten. Daarnaast draagt mangaan bij aan de stofwisseling van koolhydraten, cholesterol en aminozuren. Ook beschermt het de cellen tegen schade door oxidatie en zorgt het voor energie in het lichaam.
Molybdeen
Molybdeen heeft niet direct invloed op het lichaam, maar is een onderdeel van meerdere enzymen. Deze enzymen hebben daarentegen wel grote invloed op het lichaam. De enzymen waar molybdeen onderdeel van uitmaakt, zijn belangrijk voor het opbouwen en afbreken van eiwitten in het lichaam.
Natrium
Net zoals kalium is natrium belangrijk voor de vochtbalans van het lichaam. Daarnaast speelt natrium een rol bij samentrekking van de spieren en bij de geleiding van zenuwprikkels. Samen met kalium draagt natrium ook bij aan het reguleren van de bloeddruk.
Seleen
Seleen heeft in ons lichaam dezelfde functie als een antioxidant: het ontstaan van schadelijke componenten tegengaan. Zo draagt seleen bij aan het voorkomen van ontstekingen en ziektes. Daarnaast is seleen belangrijk voor een goede weerstand, voor stevig haar en voor de productie van zaadcellen.
Zink
Zink is een belangrijk mineraal voor het opbouwen van eiwitten. Hierdoor draagt het bij aan het vernieuwen en groeien van weefsels. Ook draagt zink bij aan gezond haar, gezonde botten, een gezonde huid en het behoudt van het geheugen. Daarnaast draagt zink bij aan een goed afweersysteem, het afbreken en opbouwen van koolhydraten en zorgt voor het goed functioneren van het immuunsysteem.
Gevolgen mineralen tekort
Mineralen zijn voedingsstoffen die essentieel zijn voor ons lichaam. Zo heeft elk mineraal zijn eigen belangrijke functies en kunnen mineralen niet gemist worden. Wanneer iemand niet genoeg mineralen binnenkrijgt, kan een tekort ontstaan. Dit tekort kan heftige gevolgen hebben op het lichaam en de gezondheid. Voor elk vitamine wordt aangegeven wat er gebeurt tijdens een tekort en in welke producten het voorkomt om een tekort te voorkomen.
Calcium tekort
Wanneer baby’s een tekort hebben aan calcium kan kramp in spieren ontstaan. Wanneer ouderen een tekort aan calcium hebben, kan dit leiden tot botontkalking, oftewel osteoporose. Daarnaast kan de bloedstolling vertraagd worden en bij een extreem tekort ontstaat kramp in spieren. Calcium komt veel vooral voor in zuivelproducten en in mindere mate in brood, peulvruchten, aardappelen en groenten.
Chroom tekort
Bij een tekort aan chroom kan de concentratie van glucose in bloed stijgen, waardoor het cholesterolgehalte stijgt en gewichtsverlies optreedt. Een tekort aan chroom komt in Nederland alleen voor bij extreme ondervoeding en kan makkelijk voorkomen worden door graanproducten met veel zemelen te eten.
Chloride tekort
Een tekort aan chloride komt niet voor, aangezien het in alle producten aanwezig is. Chloride zit vooral in keukenzout en wordt tijdens bijna elk productieproces toegevoegd aan een product.
Fluoride tekort
Het enige gevolg van een fluoridetekort is de verhoging van de kans op tandbederf. Fluoride is aanwezig is bijna alle voedingsproducten en de kans op een tekort is hierdoor erg klein. Het hoogste gehalte aan fluoride komt voor in vis en thee.
Fosfor tekort
Een tekort aan fosfor kan leiden tot bloedarmoede, pijnlijke botten, botvervorming en anorexia. Echter, een tekort komt niet vaak voor aangezien het aanwezig is in veel producten zoals vlees, vis, brood en melk.
IJzer tekort
Wanneer iemand een ijzertekort heeft kan dit vermoeidheid, duizeligheid en verminderde concentratie tot gevolg hebben. Een tekort kan leiden tot bloedarmoede en kan voorkomen worden door ijzerrijke producten te eten, zoals vlees, aardappelen, groenten en brood.
Jodium tekort
Bij een tekort aan jodium kan struma optreden. Struma is een opzwelling van de schildklier en kan bij kinderen zorgen voor een groeiachterstand, zowel geestelijk als lichamelijk. Volwassenen kunnen bij een tekort aan jodium last krijgen van een traag reactievermogen, het vast houden van vocht en vermindering van het denkvermogen. Een tekort kan worden voorkomen door water en melk te drinken en door vis te eten.
Kalium tekort
Een tekort aan kalium komt niet vaak voor, aangezien het in veel producten aanwezig is. Een tekort ontstaat vaak door langdurig ziek zijn. Bij een tekort aan kalium verzwakken de spieren en wordt de hartfunctie verstoord. Ook depressie en andere psychische aandoeningen kunnen een gevolg zijn van een tekort aan kalium. Kalium komt voor in veel producten, zoals brood, vlees, groenten, zuivel en aardappelen.
Koper tekort
Baby’s lopen het meest risico om een kopertekort te krijgen of ondervoede kinderen. Er kunnen symptomen optreden zoals een verzwakt afweersysteem, afwijkingen van de botten en bloedarmoede. Koper is aanwezig in producten zoals (orgaan)vlees, vis, graanproducten en noten.
Magnesium tekort
De kans op een magnesiumtekort is erg klein, maar als er wel een tekort optreedt kan iemand last krijgt van hartritmestoornissen, moeheid, buikpijn en irritatie. Doordat magnesium is bijna alle voedingsproducten wel voorkomt is de kans op een tekort erg klein. Het komt voor in producten zoals graanproducten, cacao, groenten en fruit.
Mangaan tekort
Van mangaan is nog niet bekend wat de gevolgen van een tekort zijn. Wel zijn proeven uitgevoerd op dieren waar uit voort kwam dat een tekort eventueel zou kunnen leiden tot hersen- en skeletafwijkingen. Mangaan is aanwezig in groenten, vlees, noten, rijst, thee, fruit en granen.
Molybdeen tekort
Een tekort een molybdeen heeft geen negatief effect op het menselijk lichaam. Molybdeen komt veel voor in granen, peulvruchten, noten, vlees, eieren en melk.
Natrium tekort
Bij een tekort aan natrium kunnen symptomen van uitdroging ontstaan. Dit komt vaak door langdurig zweten en komt vooral voor bij sporters. Natrium is net zoals chloride en kalium voor in veel producten, aangezien het aanwezig is in keukenzout. Keukenzout wordt vaak toegevoegd tijdens de productie, de bereiding of het consumeren van voeding.
Seleen tekort
Wanneer een tekort van seleen ontstaat, kan dit tot gevolg hebben dat de hartspierwerking wordt verstoord. Dit kan ernstige gevolgen hebben voor het lichaam. Seleen komt veel voor in groenten, granen, vlees, noten en vis.
Zink tekort
Wanneer baby’s een tekort hebben aan zink kan een groeiachterstand ontstaan en kan de baby ondervoeding oplopen. Een tekort aan zink kan daarnaast leiden tot een verslechterd smaak- en reukorgaan, aantasting van de huid, nachtblindheid en vertraging van de groei. Een tekort kan voorkomen worden door bijvoorbeeld vis, vlees, brood, rijst en peulvruchten te consumeren.
Gevolgen van teveel mineralen
Mensen gaan steeds meer op hun gezondheid letten, zijn bang om tekorten op te lopen en nemen daarom maatregelen. Om tekorten te voorkomen zijn bijvoorbeeld voedingssupplementen verkrijgbaar die vitamines en mineralen bevatten. Wanneer je een gevarieerd en gezond eetpatroon hebt, zijn deze supplementen overbodig en kunnen leiden tot een overschot van vitamines en mineralen. Per mineraal wordt toegelicht wat het gevolg is van een teveel aan het mineraal.
Te veel calcium
Een teveel aan calcium kan ontstaan wanneer je meer dan 2500 milligram per dag binnenkrijgt. Bij een overschot van calcium zorgt dit voor verstoring van de opname van andere mineralen, zoals zink, ijzer, fosfor en magnesium. Daarnaast kunnen botten verzwakken en kan je last krijgen van nierstenen.
Te veel chroom
Voor chroom is geen aanbevolen dagelijkse hoeveelheid bekend. Een teveel aan chroom heeft voor de mens nog geen nadelige effecten opgeleverd. Wel is een maximum gesteld op 250 microgram per dag.
Te veel chloride
Ook voor een teveel aan chloride zijn geen nadelige gevolgen bekend. Chloride komt vooral voor in keukenzout. Voor de consumptie van keukenzout wordt een maximum van 9 gram per dag aangeraden. Wanneer meer keukenzout wordt geconsumeerd, gaat het lichaam vocht vasthouden wat een verhoging van de bloeddruk tot gevolg kan hebben. Negatieve effecten van chloride zijn niet bekend, maar teveel consumptie van keukenzout heeft wel negatieve gevolgen.
Te veel fluoride
Voor fluoride zijn verschillende maxima gesteld per leeftijdscategorie, omdat het vooral voor kinderen gevolgen kan hebben. Voor kleine kinderen onder de 8 jaar lig t het maximum onder de 2.5 milligram per dag. Voor oudere kinderen boven de 9 jaar is het maximum gesteld op 5 milligram per dag en voor volwassenen 7 milligram. Een teveel aan fluoride kan strepen en vlekken op tanden veroorzaken. Daarnaast kan het ook leiden tot aantasting van zenuwen, botten, spieren en nieren en zorgt het voor inflexibiliteit van de botten.
Te veel fosfor
Voor fosfor voor een maximale consumptie van 4000 milligram per dag aangeraden. Onder deze waarde is de consumptie veilig. Een teveel aan fosfor kan leiden tot botontkalking, doordat de botstofwisseling wordt versneld. Ook zorgt een teveel van fosfor voor verminderde opname van de mineralen koper, ijzer en zink.
Te veel ijzer
Voor de mens is het veilig om per dag maximaal 50 tot 75 milligram ijzer te consumeren. De veilige marge is ruim genomen en een overschot zal niet snel optreden. Wanneer toch een teveel aan ijzer ontstaat, kan dit zorgen voor moeheid. Daarnaast kan het ernstige schade toebrengen aan verschillende organen zoals de darmen en het hart.
Te veel jodium
Wanneer de schildklier normaal functioneert is een teveel aan jodium niet zo’n probleem. Toch wordt een maximum aangeraden van 600 microgram per dag. Wanneer de schildklier niet optimaal werkt kan een teveel wel degelijk negatieve gevolgen hebben. Bij een overschot aan jodium wordt de schildklier vergroot en kan de schildklier worden over gestimuleerd. Dit kan leiden tot verhoogde eetlust, nerveusheid, gewichtsafname en slapeloosheid.
Te veel kalium
De hoeveelheid kalium dat in ons lichaam aanwezig is, wordt gereguleerd door de nieren. Hierdoor is de kans op een overschot klein. Wel kan een vergiftiging optreden wanneer per dag een extreem hoge hoeveelheid wordt geconsumeerd van 18 gram. Op dat moment kan niet genoeg kalium worden uitgescheiden en kan het in het slechtste scenario zorgen voor een hartaanval.
Te veel koper
Voor de consumptie van koper wordt een maximum aangeraden van 5 milligram per dag. Een teveel aan koper ontstaat vaak doordat een product verontreinigd is. Wanneer een teveel optreedt, kan dit leiden tot buikpijn, verhoogde speekselproductie, braken, misselijkheid en diarree.
Te veel magnesium
Een overschot aan magnesium ontstaat enkel door verrijkte producten en voedingssupplementen. Wanneer een teveel aan magnesium ontstaat kan dit diarree tot gevolg hebben.
Te veel mangaan
Voor mangaan is een maximum gesteld van 11 milligram per dag en is een veilige grens. Een overschot aan mangaan komt niet vaak voor, maar heeft wel ernstige gevolgen. Bij een teveel aan mangaan treedt beschadiging van het zenuwstelsel op, wat erg gevaarlijk is voor de gezondheid.
Te veel molybdeen
Een maximale hoeveelheid van molybdeen is gebaseerd op onderzoek in ratten, aangezien negatieve gevolgen bij de mens nog niet gevonden zijn. De grens is gesteld op maximaal 600 microgram per dag. Een teveel aan molybdeen heeft tot op heden nog geen negatieve gevolgen gehad voor de mens.
Te veel natrium
Voor natrium is een maximale hoeveelheid gesteld op 2.4 gram natrium per dag, dat komt neer op 6 gram keukenzout. Een teveel aan natrium leidt tot hogere belasting van het hart en de nieren en kan verhoging van de bloeddruk tot gevolg hebben. Hierdoor kan een teveel aan natrium leiden tot verhoogde kans op hart- en vaatziekten.
Te veel seleen
Een veilige dosis van seleen is gesteld op 300 microgram per dag. Dit maximum wordt door (bijna) niemand gehaald, aangezien hier de consumptie van zo’n 3 kilogram rijst of 2 kilogram vlees voor nodig is. Wanneer toch een teveel ontstaat, leidt dit tot broos haar en brokkelige nagels. Een teveel aan seleen kan uiteindelijk leiden tot haaruitval en nagelverlies.
Te veel zink
De maximale grens van zink is gesteld op een consumptie van 25 milligram per dag. Een teveel aan zink kan ontstaan doordat een voedingsmiddel in contact is geweest met blikken die verzinkt zijn. Een teveel aan zink kan leiden tot braken, misselijkheid en diarree. Op de lange termijn kan een teveel leiden tot een verlaagde weerstand en bloedarmoede.
Gepubliceerd door: Simpto.nl
Publicatiedatum: 21 november 2016
Auteur: Lisa Bruijstens
Laatst bijgewerkt op: 21 november 2016