Lichtflitsen zien

Bijgewerkt op 9 maart 2020 door Simpto.nl

Lichtflitsen zien in het oog (fotopsie)

Lichtflitsen zien in het oog kan betekenen dat er iets mis is met het netvlies. Dat is altijd reden om een arts te bezoeken om dit te onderzoeken. Ook kunnen lichtflitsen worden veroorzaakt door migraine. Verder zijn er nog een aantal minder vaak voorkomende oorzaken. Kijk hiervoor onder ‘Oorzaken van Lichtflitsen Zien’.

De medische term voor lichtflitsen in het oog is ‘fotopsie’.

Oorzaken van Lichtflitsen Zien

Er zijn veel verschillende oorzaken voor het zien van flitsen in de ogen. De meest voorkomende oorzaken zijn tractie (rek) aan het netvlies en migraine.

Tractie aan het netvlies

Lichtflitsen kunnen ontstaan door rekking van het netvlies. Meestal gebeurt dit door inkrimpen van het glasvocht (waarmee de oogbol gevuld is). Hierbij kunnen scheurtjes in het netvlies ontstaan. Uiteindelijk kan dat leiden tot loslating van het netvlies. De kans daarop neemt toe met de leeftijd. Een netvliesloslating kan ook ontstaan door stomp oogletsel, bijvoorbeeld een klap op het oog of een bal op het oog.

Een (dreigende) netvliesloslating is een aandoening waarvoor altijd een oogarts moet worden bezocht. Lees meer hierover op de webpagina over netvliesloslating.

Migraine

Ook bij migraine kunnen lichtflitsen optreden. De oorzaak is hiervak is echter niet gelegen in het oog, maar in de hersenen. Als lichtflitsen optreden gaan deze meestal vooraf aan de kenmerkende hoofdpijn. Soms kunnen ook lichtflitsen optreden zonder dat dit wordt gevolgd door hoofdpijn.

Lees meer hierover op de webpagina over migraine.

Overige

Naast netvliesloslating en migraine zijn er nog minder vaak voorkomende oorzaken, zoals zwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie) en beroerte.

Kijk voor een uitgebreid overzicht van oorzaken voor lichtflitsen in het oog onder aan deze webpagina (‘fotopsie – differentiaal diagnose’).

Hoe wordt een diagnose gesteld?

De arts zal meestal vragen stellen om erachter te komen in welke hoek de oorzaak gezocht moet worden. Ook zullen de ogen zelf onderzocht worden.

Om een aandoening van de hersenen uit te sluiten kan de arts neurologisch onderzoek uitvoeren. Hierbij worden zintuigen, spierkracht, gevoel en peesreflexen beoordeeld.

Om aantasting van het glasvocht en/of het netvlies vast te stellen kan de arts gebruik maken van funduscopie. Hierbij wordt met een kijker (funduscoop) via de pupil in het oog gekeken. Voor een optimaal beeld wordt de pupil meestal groter gemaakt met behulp van oogdruppels.

Wat is de behandeling?

De behandeling van ‘flitsen in het oog’ is afhankelijk van de onderliggende oorzaak.

---

Fotopsie (lichtflitsen zien) — Differentiaal Diagnose (DD)

Hieronder een lijst met oorzaken voor fotopsie. Het getal achter de oorzaak geeft een schatting van het aantal mensen dat jaarlijks in Nederland vanwege die oorzaak lichtflitsen ziet.

• achterste glasvochtmembraanloslating – 5.900
• tractie van het glasvocht aan het netvlies (vitreomaculair tractiesyndroom) – 4.500
• migraine met aura – 1.840
• netvliesloslating (ablatio retinae) – 1.229
• retinale migraine – 1.128
• zwangerschapshypertensie – 644
• migraine – 468
• zwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie) – 315
• aura zonder migraine (aura sans migraine) – 230
• gebruik van naproxen (Aleve, Femex, Naprosyne, Naprovite) – 200
• psychose – 200
• uitzaaiingen in de hersenen (hersenmetastasen) – 166
• gebruik van alendroninezuur (Fosamax) – 138
• operatie aan de hersenen (hersenoperatie) – 96
• absence (petit mal epilepsie) – 60
• gebruik van Zyprexa (olanzapine) – 60
• syndroom van Charles Bonnet – 57
• bloeding tussen het zachte hersenvlies en het spinnewebvlies (subarachnoïdaal hematoom) – 51
• clusterhoofdpijn (neuralgie van Horton) – 42
• acute multifocale posterieure placoïde pigmentepithelopathie – 32
• polycytemie (polycytemia vera) – 30
• bloeding tussen het harde hersenvlies en het spinnewebvlies (acuut subduraal hematoom) – 21
• glioom – 21
• pseudotumor cerebri (idiopathische intracraniële hypertensie) – 19
• bloeding tussen het harde hersenvlies en de schedel (epiduraal hematoom) – 18
• multifocale choroïditis en panuveïtis – 17
• splijting van de binnenwand van de halsslagader (dissectie van de A. carotis) – 12
• auto-immuunretinopathie – 11
• eclampsie – 10
• goedaardig gezwel van de hersenvliezen (meningeoom) – 10
• persisterende aura zonder herseninfarct – 9
• status migrainosus – 8
• syndroom van Marfan – 6
• glioblastoom (glioblastoma multiforme) – 6
• multiple evanescent white dot syndrome – 4
• birdshot chorioretinopathie – 4
• sensorische deprivatie – 4
• familiaire hemiplegische migraine – 4
• serpigineuze choroïditis – 3
• hersenabces (cerebraal abces) – 3
• ziekte van Coats – 2
• sporadische hemiplegische migraine – 2
• acute zonal occult outer retinopathy – 1,4
• subretinale fibrose en uveitis syndroom – 1,4
• hersentrombose (cerebrale veneuze trombose) – 1,2
• gebruik van pregabaline (Lyrica) – 1,1
• trachoom – 0,4
• gebruik van nilotinib (Tasigna) – 0,1
• infarct van de occipitale hersenkwab – 0,05

---

Uitgegeven door: Simpto.nl
Datum van publicatie: 27 juni 2016
Auteur: Erwin Douwes
Laatst bijgewerkt op: 20 juni 2018