Bijgewerkt op 29 september 2021
Wat zijn hartkloppingen?
Met ‘hartkloppingen’ wordt bedoeld het gevoel dat je je eigen hart voelt kloppen of bonzen in je borstkas of je keel.
Hartkloppingen zijn normaal bij (zware) lichamelijke inspanning en onder warme omstandigheden. Het gaat dan om een versnelling van de hartslag die ervoor zorgt dat het hart meer bloed gaat rondpompen. De hartslagen zijn ook krachtiger dan in rust.
Maar hartkloppingen kunnen ook een symptoom zijn van een onderliggende aandoening. Deze webpagina gaat over het symptoom hartkloppingen en de mogelijke oorzaken daarvan.
De medische term voor hartkloppingen is ‘palpitaties’.
Oorzaken hartkloppingen
Er zijn erg veel verschillende oorzaken voor het ontstaan van hartkloppingen. De meeste oorzaken vallen onder één van de volgende categorieën:
- Gebruik van genotmiddelen, zoals bijvoorbeeld koffie of bepaalde drugs;
- Aandoening van het hart, bijvoorbeeld een hartritmestoornis, hartklepafwijkingen, angina pectoris of hartaanval;
- Bijwerking van geneesmiddel, zoals bij gebruik van beta-blokkers, salbutamol en nifedipine;
- Psychische toestand, bijvoorbeeld paniekaanval of andere angststoornis; ook als reactie op pijn;
- Vergiftigingen, zoals alcoholvergiftiging, koolmonoxidevergiftiging, GHB-vergiftiging en nicotinevergiftiging.
Kijk voor een uitgebreide lijst van oorzaken onderaan deze webpagina.
Hoe wordt de diagnose gesteld?
Naast het vraaggesprek met de patiënt kan de arts lichamelijk onderzoek doen. Vaak zal ook aanvullend onderzoek worden aangevraagd. Bij de klacht ‘hartkloppingen’ zal vaak een hartfilmpje (ECG) worden aangevraagd.
Lichamelijk onderzoek
Bij lichamelijk onderzoek zal de arts extra aandacht besteden aan het hart. Aan de pols kan worden beoordeeld of de hartslag krachtig en regelmatig is.Met de stethoscoop kan worden geluisterd naar het hart. Daarmee kan ook de snelheid en regelmaat van de hartslag worden beoordeeld. Ook zal beoordeeld worden of er aanwijzingen zijn voor een hartklepafwijking, bijvoorbeeld doordat een ruisje aan het hart (‘souffle’) hoorbaar is.
Hartfilmpje (elektrocardiografie, ECG)
Op een hartfilmpje kunnen hartritmestoornissen zichtbaar zijn. Het komt echter ook regelmatig een hartritmestoornis op het moment van de meting niet aanwezig is. Daarom wordt vaak een 24-uurs registratie gedaan. Hierbij krijgt de patiënt gedurende 24 uur een kastje omgehangen waarmee continu de hartslag wordt vastgelegd.
Wat is de behandeling?
De behandeling van hartkloppingen is helemaal afhankelijk van de onderliggende oorzaak. Daarom zal de arts in eerste instantie een diagnose willen stellen.
Als het hartbonzen wordt veroorzaakt door gebruik van een bepaald medicijn kan de arts overwegen om het middel te vervangen of helemaal te stoppen.
Als een vergiftiging de hartkloppingen veroorzaakt zal de behandeling afhangen van het gif waaraan de patiënt is blootgesteld.
Als hartziekten de klachten veroorzaken zal patiënt worden doorverwezen naar een cardioloog.
Wanneer moet ik de dokter raadplegen?
De meeste hartkloppingen houden hooguit enkele minuten aan. Ze gaan dus over het algemeen vanzelf weer over.
In de volgende gevallen is het raadzaam om een arts te raadplegen:
- De hartkloppingen houden langer dan een kwartier aan.
- De hartkloppingen gaan samen met andere klachten, zoals pijn op de borst en/of verlies van bewustzijn.
Engelse vertaling
ICD10-code
R00.2
Palpitaties – Differentiaal Diagnose (DD)
Hieronder een uitgebreide lijst met oorzaken van hartkloppingen (palpitaties). Het getal achter de oorzaak is een schatting van het aantal mensen dat jaarlijks in Nederland vanwege die oorzaak hartkloppingen krijgt.
Zeer vaak voorkomende oorzaken van hartkloppingen: >10.000/jaar
- gebruik van alcoholische drank (alcoholconsumptie) – 105.000
- angst (angst) – 73.000
- dronkenschap (alcoholintoxicatie (intentioneel)) – 40.000
- paniekaanval (paniekstoornis) – 35.364
- koorts – 26.000
- gegeneraliseerde angststoornis – 20.592
- chronische hyperventilatie (chronische hyperventilatie syndroom) – 18.960
- onbegrepen klachten (functionele klachten) – 18.250
- zware lichamelijke inspanning (acute fysieke belasting) – 17.400
- overgang (menopauze) – 15.664
- stoppen met het gebruik van kalmerende middelen / slaapmiddelen (benzodiazepineonttrekkingssyndroom) – 14.700
- stress (psychische of emotionele stress) – 13.600
- hartaanval (myocardinfarct) – 12.956
- overdosis cafeïne (acute cafeïne-intoxicatie) – 12.440
Vaak voorkomende oorzaken van hartkloppingen: >1.000/jaar
- boezemflutter (atriumflutter) – 8.592
- bloedarmoede door een tekort aan ijzer (ijzergebreksanemie) – 8.400
- vliegangst – 7.920
- hartaanval van de voorwand van het hart (voorwandinfarct) – 7.900
- plankenkoorts (podiumangst) – 7.900
- longontsteking (pneumonie) – 7.068
- vasovagale collaps – 6.300
- ontsteking van het hart (myocarditis) – 4.740
- zwangerschap (graviditeit) – 3.990
- overslag van het hart (ventriculaire extrasystole) – 2.900
- magnesiumtekort (magnesiumdeficiëntie) – 2.320
- bloedpropje in de long (longembolie) – 2.100
- boezemfibrilleren (atriumfibrilleren) – 2.063
- verlaagd glucose gehalte in het bloed (hypoglycemie) – 2.050
- verlaagde bloeddruk bij opstaan of overeind komen (orthostatische hypotensie) – 1.940
- maagbreuk (sliding hernia diafragmatica) – 1.748
- aantasting van de hartspier door zuurstoftekort (ischemische cardiomyopathie) – 1.663
- paniekstoornis met pleinvrees (paniekstoornis met agorafobie) – 1.600
- gebruik van ibuprofen (Brufen) – 1.554
- veel koffie drinken (overmatige consumptie van koffie) – 1.350
- gebruik van Viagra (sildenafil) – 1.260
- vertraagde maaglediging (gastroparese) – 1.224
- faalangst – 1.160
- gebruik van de elektronische sigaret (SuperSmoker) – 1.160
- hoge bloeddruk (essentiële hypertensie) – 1.155
- paroxismale supraventriculaire tachycardie – 1.106
- alcoholverslaving (chronisch alcoholisme) – 1.085
- stoppen met het gebruik van hormoonvervangende therapie (HRT) – 1.056
- gebruik van beta-blokkers – 1.050
- gebruik van Symbicort (budesonide/formoterol) – 1.035
- posttraumatische stressstoornis (PTSS) – 1.008
Minder vaak voorkomende oorzaken van hartkloppingen: <1.000/jaar
- maagverlamming (gastroparese) – 990
- depressie (depressieve stoornis) – 990
- intermitterende explosieve stoornis – 960
- gebruik van levocetirizine (Xyzal) – 946
- roken – 936
- lekkende mitraalklep (mitralisinsufficiëntie) – 935
- slecht werkende nieren (acute nierinsufficiëntie) – 924
- ontsteking van de schildklier na de zwangerschap (postpartum thyreoïditis) – 870
- pleinvrees (agorafobie) – 870
- gebruik van salbutamol (Ventolin) – 847
- hyperthyreotische fase van de ziekte van Hashimoto – 819
- gebruik van nifedipine (Adalat) – 788
- gebruik van diclofenac (Voltaren, Cataflam, Arthrotec) – 750
- ziekte van Graves (morbus Graves) – 733
- inappropriate sinus tachycardia – 716
- vernauwing van de aortaklep (aortakleptstenose) – 651
- aantasting van de hartspier door langdurig alcoholgebruik (alcoholische cardiomyopathie) – 634
- hartkramp (angina pectoris) – 570
- ziekte van Lyme (lymeborreliose) – 481
- gebruik van tiotropium (Spiriva) – 462
- gebruik van azitromycine (Zithromax) – 385
- verhoogd calcium gehalte in het bloed (hypercalciëmie) – 384
- ziekte van Plummer (toxisch multinodulair struma) – 379
- gebruik van methylfenidaat (Concerta, Ritalin) – 368
- aanpassingsstoornis (aanpassingsstoornis) – 365
- voortijdige overgang (premature menopauze) – 352
- anorexia nervosa – 341
- tekort aan foliumzuur (foliumzuurdeficiëntie) – 330
- astma – 325
- syndroom van Wolff-Parkinson-White – 319
- feochromocytoom – 318
- hartaanval van de achterwand van het hart (achterwandinfarct) – 316
- gebruik van amfetamine (speed) – 315
- warmtestuwing – 300
- overdosis XTC (ecstasy intoxicatie) – 295
- gedilateerde cardiomyopathie – 294
- gebruik van citalopram (Cipramil) – 294
- gebruik van Omnic (tamsulosine) – 252
- overgevoelig voor geneesmiddelen (geneesmiddelallergie) – 252
- gebruik van cocaïne – 248
- ventrikeltachycardie – 247
- gebruik van amlodipine (Norvasc) – 238
- gebruik van salmeterol (Seretide) – 228
- buitenbaarmoederlijke zwangerschap (extra-uteriene graviditeit) – 210
- slokdarmkanker (oesofaguscarcinoom) – 208
- blootstelling aan hoogfrequente elektromagnetische straling – 198
- torsade de pointes – 197
- syndroom van Brugada – 186
- verwijding van de grote lichaamsslagader in de buik (aneurysma aortae abdominalis) – 174
- longemfyseem – 169
- psychotische depressie (depressie met psychotische kenmerken) – 161
- ontsteking van het hartzakje door virus (acute virale pericarditis) – 153
- aantasting van dunne zenuwvezels (dunnevezelneuropathie) – 153
- septische shock – 153
- sarcoïdose – 151
- somatisatiestoornis – 139
- gebruik van levothyroxine (merknamen: Thyrax, Euthyrox, Eltroxin etc.) – 138
- gebruik van Avastin (bevacizumab) – 137
- gaatje tussen de kamers van het hart (ventrikelseptumdefect) – 132
- bloedarmoede door een tekort aan vitamine B12 (pernicieuze anemie) – 132
- gebruik van montelukast (Singulair) – 132
- gebruik van venlafaxine (Efexor) – 120
- hyperkinetisch hart – 118
- AV nodale re-entry tachycardie – 116
- boezemextrasystolen (atriale premature depolarisatie) – 116
- schildklierontsteking van De Quervain (subacute thyreoïditis van DeQuervain) – 111
- ijzerstapelingsziekte (hemochromatose) – 110
- sick sinus syndroom – 109
- gebruik van doxorubicine – 105
- gebruik van nitrazepam (Mogadon) – 105
Zeldzame oorzaken van hartkloppingen: <100/jaar
- lekkende aortaklep (aortaklepinsufficiëntie) – 98
- serotoninesyndroom – 94
- gebruik van imipramine – 91
- digoxine overdosering (digoxine intoxicatie) – 90
- gebruik van claritromycine (Klacid) – 87
- klephemolyse – 87
- alcoholonttrekkingsdelier (delirium tremens) – 85
- gebruik van cafeïnepillen (gebruik van voedingssupplementen met cafeïne) – 83
- gebruik van Lariam (mefloquine) – 80
- ernstige warmtestuwing (hitteberoerte) – 78
- schildklieradenoom – 72
- carcinoïd – 72
- pacemaker implantatie – 72
- ziekte van Conn (primair hyperaldosteronisme) – 69
- adrenerg postprandiaal syndroom – 69
- harttamponade – 67
- gebruik van lisinopril (Zestril) – 64
- Chinees restaurant syndrome – 63
- gebruik van salmeterol/fluticason (Seretide) – 63
- gebruik van dexamfetamine (Amfexa) – 62
- aantasting van de hersenen door hoge bloeddruk (hypertensieve encefalopathie) – 58
- gebruik van amitriptyline (Tryptizol, Sarotex) – 50
- inklemming van de hersenen (cerebrale inklemming) – 49
- vernauwing van de mitraalklep (mitralisstenose) – 47
- anafylactische reactie – 46
- aangeboren vernauwing van de grote lichaamsslagader (coarctatio aortae) – 45
- gebruik van poppers (gebruik van alkylnitriet (‘poppers’)) – 43
- postural orthostatic tachycardia syndrome – 37
- syndroom van Guillain-Barré – 35
- gebruik van fosinopril (Monopril) – 33
- gebruik van verapamil (Isoptin) – 32
- stoppen met het gebruik van GHB (GHB-onthoudingssyndroom) – 31
- gebruik van lercanidipine (merknaam: Lerdip) – 31
- GHB-vergiftiging (GHB-intoxicatie) – 30
- schijnzwangerschap (pseudocyesis) – 30
- stille schildklierontsteking (stille thyreoïditis) – 30
- reactieve hypoglycemie – 27
- methemoglobinemie (verworven methemoglobinemie) – 26
- ontsteking van het hartzakje door bacterie (bacteriële pericarditis) – 25
- nicotinevergiftiging (nicotine-intoxicatie) – 25
- gebruik van oestradiol tabletten – 25
- ontsteking van de schildklier door een bacterie (acute bacteriële thyreoïditis) – 25
- lange-QT-tijdsyndroom type 2 (lange-QT-tijdsyndroom type 2) – 25
- aantasting van het hart door hoge bloeddruk (hypertensieve hartziekte) – 24
- infectie in het hart (infectieuze endocarditis) – 23
- gebruik van amiodaron (Cordarone) – 22
- tekort aan fosfaat in het bloed (hypofosfatemie) – 21
- gebruik van sertraline (Zoloft) – 20
- boezemtachycardia – 18
- gebruik van bepaalde drugs – 18
- sinus tachycardia – 18
- gebruik van Cibacen (benazepril) – 18
- gebruik van barnidipine (merknaam: Cyress) – 18
- kwaadaardig feochromocytoom (maligne feochromocytoom) – 18
- multifocale boezemtachycardie (multifocale atriale tachycardie) – 18
- hypertrofische obstructieve cardiomyopathie – 17
- gebruik van Ammonaps (fenylbutyraat) – 17
- verhoogde druk in de longslagader veroorzaakt door andere ziekte (secundaire pulmonale hypertensie) – 17
- Stendhal-syndroom – 16
- ziekte van Kahler (multipel myeloom) – 16
- overgevoelig voor tarwe (tarwe allergie) – 16
- viskruikinfarct (takotsubo cardiomyopathie) – 15
- gebruik van varenicline (Champix) – 15
- supraventriculaire tachycardie – 14
- koudeallergie (primaire koude urticaria) – 14
- gebruik van budenoside tabletten of capsules (Budenofalk, Cortiment, Entocort) – 13
- gebruik van hydroxychloroquine (Plaquenil) – 13
- thyreotoxische crisis – 12
- gebruik van alfuzosine (Xatral en merkloze versies) – 12
- gebruik van Copaxone (glatirameer) – 12
- hartzwakte rond de bevalling (peripartum-cardiomyopathie) – 11
- aritmogene rechterkamercardiomyopathie (aritmogene rechterventrikel cardiomyopathie) – 11
- lange-QT-tijdsyndroom type 1 – 11
- gebruik van finasteride (Proscar) – 11
- compartimentsyndroom van de buik (abdominaal compartimentsyndroom) – 11
- nootmuskaatvergiftiging (nootmuskaat intoxicatie) – 10
- maligne hyperthermie – 10
- gebruik van finasteride (Propecia) – 10
- hart met onderontwikkelde linker kamer (hypoplastisch linkerhart syndroom) – 10
Zeer zeldzame oorzaken van hartkloppingen: <10/jaar
- aangeboren sferocytaire anemie (congenitale sferocytose) – 9
- gaatje tussen de boezems van het hart (atriumseptumdefect) – 9
- vernauwing van de grote lichaamsslagader door aderverkalking (atherosclerose van de aorta) – 9
- mestcelziekte (systemische mastocytose) – 8
- dumpingsyndroom (postgastrectomiesyndroom) – 8
- gebruik van Vesomni (solifenacine / tamsulosine) – 8
- gebruik van cabergoline (Dostinex) – 8
- gebruik van levofloxacine tabletten – 8
- grote bloeding (veel bloedverlies) – 8
- hypertrofische niet-obstructieve cardiomyopathie (hypertrofische cardiomyopathie) – 7
- gebruik van propafenon (Rytmonorm) – 7
- sclerodermie (systemische sclerose) – 6
- vitamine B1-tekort (thiaminedeficiëntie) – 6
- verhoogde druk in de longslagader door onbekende oorzaak (primaire pulmonale hypertensie) – 6
- lange-QT-tijdsyndroom type 3 – 6
- gebruik van eprosartan (merknaam Teveten) – 6
- syndroom van Da Costa – 6
- koolmonoxidevergiftiging (acute koolmonoxideintoxicatie) – 5
- verstijving van de hartspier (restrictieve cardiomyopathie) – 5
- gebruik van Dexaprine – 5
- ziekte van Takayasu (takayasu-arteriitis) – 5
- gebruik van Adenuric® (febuxostat) – 5
- gebruik van allergeenextract graspollen (Allergovit, Alutard, Pollinex, Purethal) – 5
- gebruik van Foster NEXThaler inhalator (beclometason en formoterol) – 5
- acute reumatische endocarditis – 4
- overdosis acetylsalicylzuur (salicylaatintoxicatie) – 4
- te snel werkende schildklier door gebruik van schildklierhormoontabletten (exogene hyperthyreoïdie door schildklierhormoontabletten) – 4
- gebruik van betahistine (Betaserc) – 4
- gebruik van quinapril – 4
- gebruik van ramipril – 4
- wandelende nier (ptosis van de nier) – 4
- gebruik van modafinil (Modiodal, Aspendos) – 4
- gebruik van tolvaptan (merknaam: Jinarc) – 3
- gebruik van Levitra (vardenafil) – 3
- gebruik van Onbrez Breezhaler (indacaterol) – 3
- gebruik van Rupafin (rupatadine) – 3
- aceetaldehyde syndroom – 3
- syndroom van Lown-Ganong-Levine (LGL-syndroom) – 3
- te snel werkende schildklier door eten van met schildklier verontreinigd vlees (exogene hyperthyreoïdie door eten van met schildklier verontreinigd vlees) – 3
- myxoom van de linkerboezem (myxoom van het linker atrium) – 3
- gebruik van teriparatide (merknaam: Forsteo) – 3
- gebruik van tranylcypromine (merknaam: Tracydan) – 3
- syndroom van Eisenmenger – 2
- te snel werkende schildklier door andere oorzaak van buitenaf (exogene hyperthyreoïdie) – 2
- gebruik van Alvesco (ciclesonide) inhalator – 2
- overdosis Dexaprine – 2
- gebruik van gabapentine – 2
- gebruik van theofylline (Theolair) – 2
- syndroom van Marfan – 2
- gebruik van Daliresp / Libertek (roflumilast) – 2
- gebruik van oxybutynine tabletten – 2
- gebruik van topiramaat – 2
- gebruik van Victrelis (boceprevir) – 2
- vierslippige aortaklep (quadricuspide aortaklep) – 2
- idiopathic ventricular tachycardia – 2
- korte-QT-tijdsyndroom – 2
- erythroblastosis foetalis – 2
- gebruik van Betmiga (mirabegron) – 2
- gebruik van DuaklirGenuair (aclidinium bromide/formoterol) – 2
- gebruik van Xyrem (natriumoxybaat) – 2
- maligne antipsychoticasyndroom – 1
- gebruik van Toviaz (fesoterodine) – 1
- verbindweefseling van het spierweefsel van het hart (endomyocardiale fibrose) – 1
- permanent junctional reciprocating tachycardie – 1
- ontsteking van het hart door acuut reuma (acute reumatische myocarditis) – 1
- gebruik van Arcoxia (etoricoxib) – 1
- periodieke verlamming tijdens thyreotoxische crisis (thyreotoxische periodieke paralyse) – 1
- gebruik van Ventavis (iloprost) – 1
- gebruik van Levact (bendamustine) – 1
- glucose-galactose resorptiestoornis syndroom – 1
- sucrose intolerantie (sucrose intolerantie) – 1
- ziekte van Rendu-Osler-Weber (hereditaire hemorrhagische teleangiëctasie) – 1
- gebruik van Spiolto Respimat (combinatie tiotropium / olodaterol per inhalatie) – 1
Extreem zeldzame oorzaken van hartkloppingen: <1/jaar
- asbestziekte (asbestose) – 0,8
- syndroom van Heyde – 0,8
- MEN-syndroom type IIA – 0,8
- gebruik van levofloxacine infusievloeistof – 0,8
- gebruik van prucalopride (Resolor) – 0,8
- aangeboren methemoglobinemie type I (congenitale methemoglobinemie type I) – 0,7
- bekkengordeldystrofie (limb-girdle dystrofie) – 0,7
- ziekte van Chagas – 0,7
- ziekte van Keshan – 0,6
- myxoom van de rechterboezem (myxoom van het rechter atrium) – 0,6
- gebruik van ipratropiumbromide (merknaam Atrovent) – 0,6
- syndroom van Von Hippel-Lindau – 0,6
- syndroom van Morvan – 0,5
- spierdystrofie van Duchenne (musculaire dystrofie van Duchenne) – 0,5
- verstopping van de longaderen (pulmonale veno-occlusieve ziekte) – 0,5
- gebruik van urapidil (Ebrantil) – 0,5
- gebruik van dimercaprol injecties – 0,5
- gebruik van pembrolizumab (Keytruda) – 0,5
- loopgravenkoorts (infectie met Bartonella quintana) – 0,4
- gebruik van nilotinib (Tasigna) – 0,4
- gebruik van peginterferon beta-1a – 0,4
- mijnworminfectie (ancylostomiasis) – 0,4
- syndroom van Gitelman – 0,4
- hart met drie boezems (cor triatriatum) – 0,3
- abnormaal schildklierweefsel in de eierstok (struma ovarii) – 0,3
- gebruik van atropine – 0,3
- proximale myotone myopathie (myotone dystrofie type 2) – 0,3
- aangeboren methemoglobinemie type II (congenitale methemoglobinemie type II) – 0,3
- Afrikaanse slaapziekte (trypanosomiasis) – 0,3
- CREST-syndroom (limited cutaneous sclerosis) – 0,3
- syndroom van Riley-Day (familiaire dysautonomie) – 0,2
- tekort aan koper (koperdeficiëntie) – 0,2
- koortsaanvallen na tekenbeet (febris recurrens door Borrelia recurrentis) – 0,1
- koortsaanvallen na luizenbeet (febris recurrens door Borrelia duttoni) – 0,1
- gebruik van paricalcitol (Zemplar) – 0,1
- ataxie van Friedreich – 0,1
- lymfeklierkanker in de bloedvaten (intravasculair lymfoom) – 0,1
- refeeding-syndroom – 0,1
- glomus vagale tumor – 0,1
- gebruik van Qutenza-huidpleister (capsaïcine) – 0,1
- gebruik van ticlopidine – 0,1
- toediening van urapidil injectievloeistof – 0,1
- aangeboren tekort aan carnitine (primaire carnitinedeficiëntie) – 0,06
- chronisch lijmsnuiven – 0,06
- ziekte van Naxos – 0,05
- gebruik van octocog alfa (Kogenate, Kovaltry, Advate, Helixate Nexgen) – 0,03
- gebruik van Striverdi Respimat (olodaterol) – 0,03
- syndroom van Liddle – 0,03
- syndroom van Axenfeld-Rieger – 0,02
- syndroom van Barth (3-methylglutaconacidurie type 2) – 0,02
- Alström syndroom – 0,01
- familial isolated vitamin E deficiency – 0,01
- gele koorts – 0,002
Synoniemen
Andere namen voor hartkloppingen zijn hart slaat op hol, bonzen van het hart, hartklopping, palpitaties, bonzend hart, hartbonzen, op hol slaan van het hart, trommelhart, hart voelen kloppen, gevoel alsof het hart op hol slaat, gevoel dat het hart op hol slaat, hart horen kloppen in het oor, en hart voelen kloppen.
Gepubliceerd door: Simpto.nl
Datum van publicatie: 3 januari 2018
Auteur: Erwin Douwes
Laatst bijgewerkt op: 3 januari 2018