Bijgewerkt op 29 november 2021
Dikke voeten – Oorzaken
Er zijn veel verschillende oorzaken voor het ontstaan van dikke voeten. De meest voorkomende oorzaak is oedeem. Meestal gaat het om oedeem tijdens de zwangerschap of oedeem doordat het hart het bloed slecht doorpompt. Dit laatste wordt hartfalen genoemd. De oorzaken van gezwollen voeten beiderzijds zijn anders dan die van een gezwollen voet aan één kant.
Hoe wordt de diagnose gesteld?
De arts zal willen weten wat de oorzaak van de gezwollen voeten is. Pas dan kan de juiste behandeling worden gekozen. Om erachter te komen wat de oorzaak van de zwelling van de voeten is zal de arts vragen stellen en lichamelijk onderzoek doen. Eventueel kan ook nog aanvullend onderzoek worden aangevraagd, zoals laboratoriumonderzoek en beeldvormend onderzoek.
Lichamelijk onderzoek
Bij lichamelijk onderzoek zal de arts vooral letten op verschijnselen van hartfalen, zoals verhoogde centraal veneuze druk, vergrote lever, en crepitaties over de longen.
Laboratoriumonderzoek
Bij bloedonderzoek zal worden gekeken naar afwijkingen die ontstaan bij nierziekten, zoals een verhoogd creatinine gehalte. Bij urineonderzoek zal worden gekeken of er sprake is van een verhoogd eiwitgehalte in de urine. Dit wordt proteïnurie genoemd.
Engelse vertaling
swelling of the feet
Dikke voeten – Differentiaal Diagnose (DD)
Hieronder een uitgebreid overzicht van oorzaken voor het symptoom ‘dikke voeten’. Het getal achter de oorzaak is een schatting van het aantal mensen dat jaarlijks in Nederland vanwege die oorzaak dikke voeten krijgt.
Vaak voorkomende oorzaken van dikke voeten: >1.000/jaar
- zwangerschapsoedeem – 53.550
- slecht werkend hart (cardiale insufficiëntie) – 28.440
- slecht werkende aders in de benen (chronische veneuze insufficiëntie) – 12.640
- premenstrueel syndroom (premenstruele stoornis) – 7.963
- zwangerschap (graviditeit) – 3.040
- hartaanval (myocardinfarct) – 2.665
- nierziekte door suikerziekte (diabetische nefropathie) – 2.520
- zwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie) – 1.778
- hartaanval van de voorwand van het hart (voorwandinfarct) – 1.625
- slecht werkende nieren (acute nierinsufficiëntie) – 1.620
- ontsteking van de bronchiën (acute bronchitis) – 1.500
- gebruik van amlodipine (Norvasc) – 1.438
- cor pulmonale – 1.410
- blaasjeseczeem (acrovesiculeus eczeem) – 1.131
- zwangerschapshypertensie – 1.127
- ziekte van Hashimoto (auto-immuun thyreoïditis) – 1.059
Minder vaak voorkomende oorzaken van dikke voeten: <1.000/jaar
- hoge bloeddruk (essentiële hypertensie) – 880
- aortocavale compressie syndroom – 800
- fibromyalgie – 748
- lekkende mitraalklep (mitralisinsufficiëntie) – 633
- hypostatisch eczeem – 603
- aantasting van de hartspier door langdurig alcoholgebruik (alcoholische cardiomyopathie) – 552
- aantasting van het hart door hoge bloeddruk (hypertensieve hartziekte) – 473
- gedilateerde cardiomyopathie – 421
- HELLP-syndroom – 385
- chronische bronchitis – 360
- lymfoedeem van het been (secundair lymfoedeem van het been) – 359
- ontsteking van het hartzakje door virus (acute virale pericarditis) – 345
- longemfyseem – 325
- meerlingzwangerschap – 256
- afsterven van de nierbuisjes (acute tubulusnecrose) – 220
- gebruik van naproxen (Aleve, Femex, Naprosyne, Naprovite) – 200
- gebruik van doxorubicine (gebruik van doxorubicine) – 185
- tekort aan foliumzuur (foliumzuurdeficiëntie) – 175
- ziekte van Kawasaki (mucocutaan lymfklier syndroom) – 162
- boezemflutter (atriumflutter) – 156
- gebruik van ibuprofen (Brufen) – 148
- vernauwing van de aortaklep (aortakleptstenose) – 143
- dropverslaving – 143
- verhoogde druk in de longslagader veroorzaakt door andere ziekte (secundaire pulmonale hypertensie) – 138
- viskruikinfarct (takotsubo cardiomyopathie) – 111
- vitamine C-tekort (vitamine C-deficiëntie) – 102
Zeldzame oorzaken van dikke voeten: <100/jaar
- acrodermatitis chronica atrophicans (been) – 87
- ziekte van Graves (morbus Graves) – 76
- hoogteziekte (acute hoogteziekte) – 75
- vitamine B1-tekort (thiaminedeficiëntie) – 72
- syndroom van Wolff-Parkinson-White – 65
- hartaanval van de achterwand van het hart (achterwandinfarct) – 65
- focale segmentale glomerulosclerose (focale segmentale glomerulosclerose) – 59
- lekkende tricuspidaalklep (tricuspidalisinsufficiëntie) – 57
- verstijving van de hartspier (restrictieve cardiomyopathie) – 56
- buitenbaarmoederlijke zwangerschap (extra-uteriene graviditeit) – 56
- eclampsie – 55
- gebruik van methadon – 53
- infectie in het hart (infectieuze endocarditis) – 52
- gebruik van basiliximab (Simulect) – 48
- ALS (amyotrofische lateraalsclerose) – 46
- minimal change disease – 45
- ontsteking van het hartzakje door bacterie (bacteriële pericarditis) – 44
- gebruik van oestradiol tabletten (gebruik van oestradiol tabletten) – 40
- tekort aan fosfaat in het bloed (hypofosfatemie) – 37
- vernauwing van de mitraalklep (mitralisstenose) – 37
- ontsteking van de nieren bij SLE (lupus nefritis) – 35
- gebruik van minoxidil tabletten (Lonnoten) – 35
- syndroom van Eisenmenger – 33
- postpartum eclampsie – 32
- gebruik van oestrogenen (Dagynil, Premarin) – 30
- ziekte van Ménétrier – 29
- mesangiale proliferatieve glomerulonefritis – 27
- membraneuze glomerulonefritis – 24
- te langzaam werkende schildklier door oorzaak buiten de schildklier (secundaire hypothyreoïdie) – 22
- RS3PE-syndroom – 21
- gebruik van isradipine – 20
- syndroom van Goodpasture – 17
- ziekte van Nonne-Milroy-Meige (hereditair lymfoedeem type 2) – 17
- schijnzwangerschap (pseudocyesis) – 15
- ziekte van Berger (IgA nefropathie) – 15
- kalkneerslag in de nieren (nefrocalcinose) – 15
- gebruik van Aranesp (darbepoëtine) – 14
- lymfoedeem-distichiasis syndroom – 13
- gebruik van Avastin (bevacizumab) – 13
- gebruik van carvedilol – 12
- hemolytisch uremisch syndroom (typische HUS) – 10
- schildklieradenoom (schildklieradenoom) – 10
- ziekte van Kahler (multipel myeloom) – 10
Zeer zeldzame oorzaken van dikke voeten: <10/jaar
- koudeallergie (primaire koude urticaria) – 9
- compartimentsyndroom van de buik (abdominaal compartimentsyndroom) – 8
- acrocyanose – 7
- gebruik van Xarelto (rivaroxaban) – 7
- pityriasis rubra pilaris (pityriasis rubra pilaris) – 7
- aspirine-intolerantie (intolerantie voor NSAID’s) – 7
- gebruik van Lertec (enalapril en lercanidipine) – 7
- hydropssyndroom bij de moeder (maternaal hydropssyndroom) – 7
- gebruik van voriconazol (Vfend) – 6
- aangeboren vernauwing van de grote lichaamsslagader (coarctatio aortae) – 6
- gebruik van barnidipine (merknaam: Cyress) – 6
- gebruik van labetalol (tabletten) – 6
- nierfilterontsteking na infectie met streptococ-bacterie (acute poststreptokokkenglomerulonefritis) – 6
- te langzaam werkende schildklier door bestraling in het halsgebied (radiotherapie-geïnduceerde hypothyreoïdie) – 5
- syndroom van Turner – 5
- gebruik van dutasteride (Avodart) – 5
- gebruik van ropinirol (Requip) – 5
- overgevoelig voor benzoylperoxide (benzoylperoxide-allergie) – 5
- molazwangerschap (mola hydatidosa) – 5
- carcinoïd – 4
- sclerodermie (systemische sclerose) – 4
- membranoproliferatieve glomerulonefritis – 4
- botontsteking bij sikkelcelziekte (osteomyelitis bij sikkelcelanemie) – 4
- myxoom van de rechterboezem (myxoom van het rechter atrium) – 4
- syndroom van Alport – 4
- hemolytische ziekte van de pasgeborene (erythroblastosis foetalis) – 4
- stille schildklierontsteking (stille thyreoïditis) – 4
- loopgravenvoet (maceratio cutis pedum) – 4
- tekort aan alfa-1-antitrypsine (alfa-1-antitrypsine deficiëntie) – 4
- ziekte van Milroy (hereditair lymfoedeem type 1) – 3
- overdosis acetylsalicylzuur (salicylaatintoxicatie) – 3
- acute reumatische endocarditis (acute reumatische endocarditis) – 3
- gebruik van Onbrez Breezhaler (indacaterol) (gebruik van Onbrez Breezhaler (indacaterol)) – 3
- leververgroting door glycogeenstapeling (glycogene hepatopathie) – 3
- syndroom van Mauriac (syndroom van Mauriac) – 3
- roze ziekte (acrodynie) – 3
- purpura fulminans (purpura fulminans) – 3
- ziekte van Waldmann (primaire intestinale lymfangiëctasie) – 3
- overdosis XTC (ecstasy intoxicatie) – 2
- te langzaam werkende schildklier door geneesmiddel (geneesmiddelen-geïnduceerde hypothyreoïdie) – 2
- gele nagel syndroom (gele nagel syndroom) – 2
- asbestziekte (asbestose) – 1
- ziekte van Whipple – 1
Extreem zeldzame oorzaken van dikke voeten: <1/jaar
- ziekte van Finkelstein (acuut hemorragisch oedeem bij kinderen) – 0,9
- hart met onderontwikkelde linker kamer (hypoplastisch linkerhart syndroom) – 0,8
- verbindweefseling van het spierweefsel van het hart (endomyocardiale fibrose) – 0,8
- ziekte van Rendu-Osler-Weber (hereditaire hemorrhagische teleangiëctasie) – 0,8
- gebruik van Vesicare (solifenacine) – 0,8
- podoconiose – 0,7
- idiopathische membranoproliferatieve glomerulonefritis (membranoproliferatieve glomerulonefritis type II) – 0,7
- chronisch lijmsnuiven – 0,7
- ziekte van Keshan – 0,7
- syndroom van Heyde – 0,6
- ziekte van Chagas – 0,6
- thyreotoxische crisis – 0,6
- gebruik van Inegy (ezetimibe + simvastatine) – 0,5
- koolmonoxidevergiftiging (acute koolmonoxideintoxicatie) – 0,5
- erfelijke hemofagocytaire lymfohistiocytose (primaire hemofagocytaire lymfohistiocytose) – 0,5
- gebruik van fenylbutazon – 0,5
- lepra (infectie met Mycobacterium leprae) – 0,4
- aangeboren tekort aan carnitine (primaire carnitinedeficiëntie) – 0,4
- spierdystrofie van Duchenne (musculaire dystrofie van Duchenne) – 0,4
- schildklierontsteking van Riedel (chronische fibreuze thyreoïditis van Riedel) – 0,4
- capillairleksyndroom – 0,3
- hart met drie boezems (cor triatriatum) – 0,2
- refeeding-syndroom – 0,2
- eosinofiele fasciitis – 0,2
- Afrikaanse slaapziekte (trypanosomiasis) – 0,2
- CREST-syndroom (limited cutaneous sclerosis) – 0,2
- lymfeklierkanker in de bloedvaten (intravasculair lymfoom) – 0,2
- coccidioïdomycose (acute coccidioïdomycose) – 0,2
- loopgravenkoorts (infectie met Bartonella quintana) – 0,1
- mijnworminfectie (ancylostomiasis) – 0,1
- secundaire erythermalgie (secundaire erythermalgie) – 0,12
- syndroom van Alström – 0,08
- koortsaanvallen na tekenbeet (febris recurrens door Borrelia recurrentis) – 0,05
- koortsaanvallen na luizenbeet (febris recurrens door Borrelia duttoni) – 0,04
- ontbreken van albumine in het bloed (analbuminemie) – 0,04
- syndroom van Hennekam (Hennekam-lymfangiëctasie-lymfoedeemsyndroom) – 0,04
- GM1 gangliosidose – vroeg infantiele vorm (GM1 gangliosidose – vroeg infantiele vorm) – 0,03
- primaire cryofibrinogenemie – 0,02
- syndroom van Axenfeld-Rieger (syndroom van Axenfeld-Rieger) – 0,02
- syndroom van Barth (3-methylglutaconacidurie type 2) – 0,02
- gele koorts – 0,002
Synoniemen
Andere termen voor dikke voeten zijn gezwollen voeten, voeten gezwollen, opgezwollen voeten, voeten opgezwollen, zwelling voeten, zwelling van de voeten, dikke voeten beiderzijds, en beiderzijds dikke voeten.
Gepubliceerd door: Simpto.nl
Datum van publicatie: 1 januari 2018
Auteur: Erwin Douwes
Laatst bijgewerkt op: 1 januari 2018