Bijgewerkt op 10 mei 2024
Wat is stuccokeratose?
Stuccokeratose is een goedaardige aandoening van de huid die leidt tot witgele plekjes of wratjes, meestal aan onderarmen en/of onderbenen. De aandoening komt vooral voor op latere leeftijd.
Wat is de oorzaak?
Het is niet precies bekend wat de oorzaak is van het ontstaan van deze huidaandoening. Wel is duidelijk dat de aandoening vaker voorkomt op delen van de huid die gedurende het leven regelmatig zijn blootgesteld aan zonlicht. Ook komt de aandoening vaker voor bij mensen met een droge huid.
Welke symptomen geeft het?
De volgende symptomen kunnen voorkomen:
- witte tot witgele wratachtige bultjes
- op de handen
- op de voeten
- op de onderarmen
- op de onderbenen
Hoe wordt de diagnose gesteld?
Meestal kan de arts de diagnose stellen op grond van het aspect van de huidafwijkingen. Als de diagnose niet direct duidelijk is kan een huidbiopt worden genomen. Hierbij wordt een stukje weefsel uit een huidafwijking geprikt. Dit kan vervolgens onder de microscoop worden bekeken. Hierbij is verhoorning van de opperhuid (hyperkeratose van de epidermis) zichtbaar.
Wat is de behandeling?
Behandeling is niet nodig. Stuccokeratose is een goedaardige aandoening. Het kan echter zo zijn dat je de huidafwijkingen storend vindt. Dan kan de aandoening worden behandeld.
Wat kun je zelf doen?
Je kunt je huid insmeren met ureumzalf om een droge huid tegen te gaan.
Wat kan de arts doen?
Eventueel kunnen plekjes die kosmetisch storend zijn door de huisarts of dermatoloog worden verwijderd. Dit kan op verschillende manieren, zoals bevriezing (cryotherapie), verbranding met behulp van elektrocoagulatie of laserbehandeling, of curettage.
Engelse vertaling
stuccokeratosis, stucco keratosis, deratosis alba, digitate seborrheic keratosis, hyperkeratotic seborrheic keratosis, serrated seborrheic keratosis, verrucous seborrheic keratosis
Verder lezen / Referenties
- T Bruce, W Opstelten, ‘Een man met kalkspatten‘, gepubliceerd in de rubriek ‘Diagnose in beeld’ van het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde van 2 mei 2024; 168: pagina 71.