Bijgewerkt op 3 december 2023 door Simpto.nl
Wat is chronische recidiverende multifocale osteomyelitis (CRMO)?
Chronische recidiverende multifocale osteomyelitis – vaak afgekort tot CRMO – is een aandoening waarbij een of meer botten in het lichaam ontstoken raken. Omdat deze vorm van botontsteking niet door een infectie wordt veroorzaakt wordt ook wel gesproken van chronische niet-infectieuze osteomyelitis.
Hoe vaak komt het voor?
Uit eerder onderzoek uit Amerika is gebleken dat CRMO elk jaar bij ongeveer 0,4 op de 100.000 inwoners voorkomt. In Nederland zou dat neerkomen op zo’n 70 nieuwe gevallen per jaar. Tegenwoordig denkt men echter dat de aandoening ondergediagnostiseerd is. Het daadwerkelijke aantal nieuwe gevallen per jaar zou dan flink hoger liggen.
De aandoening komt vooral voor op de kinderleeftijd, en vooral bij kinderen van 8-12 jaar. De gemiddelde leeftijd waarop de aandoening begint is 9-10 jaar. CRMO komt vaker voor bij meisjes dan bij jongens. Soms komt CRMO voor bij volwassenen.
Wat is de oorzaak?
Het is niet goed bekend waardoor CRMO wordt veroorzaakt. Men gaat ervanuit dat het een zogenaamde auto-immuunziekte is. Dat betekent dat het afweersysteem zich richt tegen bepaalde onderdelen van het eigen lichaam. Dit veroorzaakt een ontsteking.
Waarschijnlijk is sprake van een genetische aanleg voor de ziekte. Opvallend is namelijk dat de aandoening vaker voorkomt bij mensen bij wie botontsteking in de familie voorkomt. Ook blijkt de aandoening vaker voor te komen bij mensen met psoriasis en inflammatoire darmziekten, of bij mensen bij wie dergelijke auto-immuunziekten in de familie voorkomen.
Welke symptomen geeft het?
Chronische recidiverende multifocale osteomyelitis leidt tot pijnklachten op de plaats van de botontsteking. Dus als een bot van de enkel ontstoken raakt zal dat pijn in de enkel geven. Soms is, naast de pijn, ook sprake van rode verkleuring van de huid ter plekke van de ontsteking. Ook kan lokale zwelling voorkomen.
De botontsteking bij CRMO kan in principe overal in het skelet optreden. Er zijn echter bepaalde voorkeursplaatsen. In de tabel hieronder staan de meest voorkomende botten die betrokken zijn bij de aandoening. In de tweede kolom staat het percentage van de patienten bij wie het betreffende bot ontstoken is.
Lokatie | Percentage |
scheenbeen (tibia) | 41% |
bekken (pelvis) | 34% |
dijbeen (femur) | 29% |
wervels (vertebrae) | 24% |
sleutelbeen (clavicula) | 23% |
onderkaak (mandibula) | 21% |
kuitbeen (fibula) | 21% |
ribben | 17% |
hielbeen (calcaneus) | 17% |
sprongbeen (talus) | 13% |
De aandoening zit aanvankelijk vaak op een plek in het skelet. De aandoening is dan nog ‘unifocaal’. Kenmerkend voor CRMO is echter dat na verloop van tijd elders in het skelet ook ontstekingen kunnen ontstaan. Dan wordt de aandoening ‘multifocaal’. Wanneer de aandoening multifocaal is kunnen dus verspreid over het lichaam klachten van botpijn optreden.
Hoe wordt de diagnose gesteld?
Omdat de aandoening zeldzaam en vrij onbekend is kan het maanden tot soms zelfs jaren duren voordat de diagnose gesteld wordt. De diagnose kan worden gesteld op grond van de klachten, en de resultaten van bloedonderzoek en beeldvormend onderzoek. Verder is het van belang dat de klachten niet verklaard kunnen worden door een infectie.
Bloedonderzoek
In het bloed kunnen de zogenaamde ontstekingswaarden verhoogd zijn, zoals bijvoorbeeld het CRP-gehalte en het aantal witte bloedcellen. Dit is echter niet altijd het geval. Bovendien is dit weinig specifiek. Ontstekingswaarden kunnen namelijk bij veel andere aandoeningen ook verhoogd zijn.
Beeldvormend onderzoek
Op een rontgenfoto is vaak een opheldering in het aangetaste bot zichtbaar. Artsen spreken dan van een osteolytische lesie. Ook kan juist verdichting van bot (osteosclerose) en botnieuwvorming optreden.
Op de CT-scan hieronder zijn afwijkingen aan het sleutelbeen duidelijk zichtbaar.
Kenmerkend voor CRMO is het voorkomen van afwijkingen op verschillende plekken (‘multifocaal’) in het skelet. Dit is goed zichtbaar op een MRI-scan van het gehele lichaam. Op een dergelijke ‘whole body MRI-scan’ wordt dan op meerdere plekken afwijkingen gezien. Het gaat dan om afwijkingen als onregelmatigheid van het bot en oedeem van het beenmerg.
Wat is de behandeling?
Chronische recidiverende multifocale osteomyelitis wordt behandeld met geneesmiddelen. Meestal wordt in eerste instantie een ontstekingsremmende pijnstiller van de groep van de NSAIDs voorgeschreven. Het gaat dan om middelen als ibuprofen, naproxen en diclofenac.
Soms is het nodig om te behandelen met ‘zwaardere’ geneesmiddelen, zoals adalimumab, anakinra, etanercept of infliximab. Ook worden soms geneesmiddelen tegen botontkalking voorgeschreven. Het gaat dan om zogenaamde bisfosfonaten, zoals pamidroninezuur en zoledroninezuur. Dit wordt gedaan omdat op de plaats van de botontsteking vaak verlies van botweefsel ontstaat.
Wat is het beloop?
Zoals de naam al zegt is CRMO een recidiverende aandoening. Dat betekent dat de aandoening vanzelf verbetert maar steeds terug kan keren. Als de aandoening niet wordt behandeld kunnen botbreuken (fracturen) optreden. Ook kunnen op den duur groeistoornissen optreden.
Synoniemen
chronische recurrente multifocale osteomyelitis, chronische terugkerende multifocale osteomyelitis, chronische niet-bacteriële osteomyelitis, chronische niet-bacteriële osteïtis
Engelse vertaling
chronic recurrent multifocal osteomyelitis, CRMO
Duitse vertaling
Chronisch rezidivierende multifokale Osteomyelitis, CRMO
Verder lezen / Referenties
- ME Spoorenberg, J Bekhof, J Overbosch, W Armbrust, ‘Chronische niet-infectieuze osteomyelitis bij kinderen‘, gepubliceerd in de rubriek ‘Klinische les’ van het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde van januari 2023; 167(2): pagina’s 18-25.
- HWB Schreuder, M Pruszczynski, JAM Lemmens, RPH Veth, ‘Chronische recidiverende multifocale osteomyelitis‘, gepubliceerd in de rubriek ‘Klinische praktijk’ van het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde van 4 maart 1995; 139: pagina’s 453-455.
- AC Deden, P Hissink Muller, NM Appelman-Dijkstra, HM Kroon, GA Tramper-Stranders, ‘Een tiener met een niet-infectieuze osteomyelitis‘, gepubliceerd in de rubriek ‘Klinische praktijk’ van het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde van 5 juli 2017; 161: D1475.
Reacties van lotgenoten
Hieronder kun je reageren op dit artikel. Je kunt feedback geven op het artikel, vragen stellen en/of aanvullingen of adviezen geven. Andere lezers kunnen daar weer op reageren. Zo kan een levendige discussie ontstaan. Het is ook een manier om in contact te komen met andere (verzorgers van) kinderen met chronische recidiverende multifocale osteomyelitis (CRMO). Reacties worden niet automatisch gepubliceerd. Dit gebeurt nadat ze door de redactie van Simpto.nl gezien zijn. Daar kan soms enige uren overheen gaan.