Bijgewerkt op 6 december 2021
Wat is een bijschildklieradenoom?
Een bijschildklieradenoom is een goedaardig gezwel van de bijschildklier. Medische termen voor bijschildklieradenoom zijn ‘adenoom van de glandula parathyreoidea’ en ‘parathyroïdadenoom’.
Op de schildklier zitten vier kleine kliertjes. Dit zijn de bijschildklieren. De bijschildklieren maken een hormoon aan, het zogenaamde parathormoon (PTH). PTH speelt een belangrijke rol bij het regelen van de hoeveelheid calcium en fosfaat in ons bloed.
Bijschildklieradenomen maken vaak te veel parathormoon (PTH) aan. Dit hormoon zorgt ervoor dat calcium vrijkomt uit onze botten. Het leidt tot een verhoging van het calcium gehalte in het bloed. Dit wordt ‘hypercalciëmie‘ genoemd.
Een situatie waarin bijschildklieren teveel parathormoon uitscheiden heet ‘hyperparathyreoïdie‘. Bijschildklieradenomen kunnen dus leiden tot hyperparathyreoïdie.
Oorzaak
Bij de meeste mensen met deze aandoening is het onduidelijk waarom ze de ziekte krijgen. Bij sommige mensen met een bijschildklieradenoom is er sprake van een zeldzame erfelijke aandoening. Deze aandoening wordt ‘MEN-syndroom‘ genoemd. ‘MEN’ staat voor ‘Multipele Endocriene Neoplasie’. Bij hen is er een afwijking in het DNA die ervoor zorgt dat ze gevoeliger zijn voor het krijgen van gezwellen (tumoren).
Symptomen
Veel mensen met een bijschildklieradenoom merken daar niks van. Bij sommige mensen met deze aandoening zal de aandoening wel tot klachten leiden. Dat kunnen heel uiteenlopende klachten zijn. De volgende symptomen kunnen voorkomen:
- hoge bloeddruk;
- onverklaarde botbreuken;
- nierstenen;
- vaak plassen en/of veel plassen, met als gevolg veel dorst hebben en veel drinken;
- moeheid, zich zwak voelen, slaperigheid en/of lusteloosheid;
- psychische symptomen, zoals angst, depressiviteit, waandenkbeelden, afwijkend gedrag, verwardheid, snel gaan huilen, omgang met anderen vermijden, dingen zien die er niet zijn, veranderde persoonlijkheid, achterdochtig;
- problemen met de stoelgang: darmverstopping;
- botpijn en/of gewrichtspijn: pijn aan de elleboog, pijn aan de hand, pijn aan de heup, pijn aan de knie, pijn aan de enkel, pijn aan de voet, pijn aan de pols, pijn aan de schouder, pijn aan de tenen en/of pijn in de vinger(s);
- achteruitgang in geestelijke vermogens: vergeetachtigheid, niet weten welke dag/datum het is, moeite met concentreren;
- problemen met het bewustzijn: sufheid, verlies van bewustzijn, coma;
- afwijkingen van het skelet: kleiner worden, klein voor de leeftijd of kleiner dan gemiddeld;
- overige klachten, zoals misselijkheid, geen trek in eten, afvallen, kortademigheid, langzaam bewegen, onrustig, spierpijn, verstoord slaap-waak ritme, dubbel zien, minder kracht, moeite met lopen, moeite met praten, moeite om in evenwicht te blijven, vallen, niet bewegen, pijn boven in de buik, slecht zien met beide ogen, onscherp zien met één oog, tintelend of prikkelend gevoel in de handen, pijn in de rug, en jeuk.
Hoe vaak komt ’t voor?
Bijschildklierhormonen komen redelijk vaak voor. Naar schatting wordt deze diagnose jaarlijks in Nederland bij zo’n 2.000-2.500 mensen gesteld.
Bij wie?
Bijschildklieradenomen komen vrijwel uitsluitend voor bij volwassenen. De meeste mensen zijn tussen de 40 en 70 jaar als de diagnose gesteld wordt. De aandoening komt iets vaker voor bij vrouwen dan bij mannen.
Hoe wordt de diagnose gesteld?
Omdat de aandoening meestal geen klachten geeft wordt de diagnose vaak bij toeval ontdekt. Dat kan zijn als bij een keuring een te hoge bloeddruk wordt gemeten. Het kan ook zijn dat bij bloedonderzoek een te hoog calcium gehalte (hypercalciëmie) wordt vastgesteld. Bij sommige mensen ontstaan klachten door de hoge calciumspiegel. De arts kan in dat geval bloedonderzoek aanvragen om de calciumspiegel te controleren. Soms zal de aandoening aan het licht komen bij het maken van een röntgenfoto. Daarop is soms botontkalking zichtbaar.
De diagnose wordt meestal gesteld op grond van afwijkingen bij lichamelijk onderzoek, bloedonderzoek en beeldvormend onderzoek.
Lichamelijk onderzoek
Bij lichamelijk onderzoek door de arts zal de bloeddruk vaak verhoogd zijn. Dit wordt ‘hypertensie’ genoemd. Soms kan de arts in de hals een afwijking voelen.
Laboratoriumonderzoek
De meeste mensen met een bijschildklieradenoom hebben een verhoogd parathormoon (PTH) en een verhoogd calcium gehalte in het bloed. Het calcium gehalte in de urine is dan ook vaak verhoogd. Dit wordt ‘hypercalciurie’ genoemd.
Verder kan het fosfaat gehalte in het bloed verlaagd zijn. Dit wordt ‘hypofosfatemie’ genoemd.
Beeldvormend onderzoek
Zodra de arts vermoedt dat er sprake is van een bijschildklieradenoom zal beeldvormend onderzoek worden aangevraagd.
Echografie
Vaak zal in eerste instantie echografie van de hals worden gedaan. Hierbij is een adenoom van de schildklier vaak goed zichtbaar. Zie afbeelding hieronder.
Bijschildklieradenomen met een doorsnede van minder dan 1 cm zijn lastig te vinden met echografie. Hetzelfde geldt voor adenomen die niet direct naast de schildklier liggen.
Echo-doppler
Bij doppler-echografie kan een verhoogde bloeddoorstroming in het gebied van de schildklier worden gezien.
CT-scan / MRI-scan
Ook op een CT-scan of een MRI-scan zijn bijschildklieradenomen vaak goed zichtbaar.
Scintigrafie
Een ander onderzoek waarbij de aandoening in beeld kan worden gebracht is scintigrafie. Dit onderzoek wordt gedaan als het gezwel niet met echografie kan worden gevonden.
Bij sommige patiënten kan het bijschildklieradenoom verder van de schildklier af liggen. Zo wordt soms zelfs een bijschildklieradenoom in de borstholte (mediastinum) gevonden. Dat kan met scintigrafie worden ontdekt.
Botdichtheidsmeting
Omdat bijschildklieradenoom tot botontkalking kan leiden (zie hieronder) zal vaak een botdichtheidsmeting worden verricht. Zoals de naam al zegt wordt hierbij de dichtheid van het bot gemeten. Die is verlaagd bij mensen met botontkalking.
Behandeling
Behandeling van schildklieradenoom kan bestaan uit een operatie en/of medicijnen.
Operatie
In principe zal de behandeling bestaan uit het verwijderen van het bijschildklieradenoom. Een dergelijke operatie wordt ‘parathyroïdectomie’ genoemd, en wordt uitgevoerd door een chirurg.
Bij deze operatie worden één of meer bijschildklieren verwijderd. Dat betekent dat het lichaam minder parathormoon kan aanmaken. Bij sommige patiënten zal daarom na de operatie een te laag PTH gehalte in het bloed ontstaan. Dit wordt ‘hypoparathyreoïdie‘ genoemd.
Medicijnen
Soms kunnen of mogen patiënten om een of andere reden niet geopereerd worden. In dat geval zal de behandeling bestaan uit het verlagen van het calcium gehalte in het bloed.
Dat kan bijvoorbeeld door het plasmiddel furosemide te slikken, in combinatie met veel water drinken. Op dit manier wordt calcium namelijk uitgeplast. Daarmee zal het calcium gehalte in het bloed ook dalen.
Beloop en prognose
Schildklieradenomen zijn goed te behandelen. Bovendien zijn ze goedaardig. De levensverwachting van mensen met deze aandoening is daarom niet verminderd. Wel kunnen bij sommige patiënten complicaties ontstaan.
Complicaties
Schildklieradenoom kan tot verschillende complicaties leiden. Hieronder een overzicht:
Uitdroging
De verhoogde uitscheiding van parathormoon door het gezwel leidt tot een verhoogd calcium gehalte in het bloed. Het calcium in het bloed wordt uitgescheiden in de urine. Omdat calcium water aantrekt zal ook meer water worden uitgescheiden in de urine. Hierdoor ga je meer plassen. Het lichaam verlies hierdoor meer vocht dan normaal. Dit kan leiden tot uitdroging (dehydratie).
Nierstenen
Door het verhoogde calcium gehalte in het bloed komt meer calcium in de urine; dit kan leiden tot ophoping van kalk in de nieren, met als gevolg nierstenen;
Maagzweer & zweer van de dunne darm
Heel soms kunnen mensen met een bijschildklieradenoom een maagzweer of een zweer van de dunne darm krijgen;
Botontkalking (osteoporose)
De verhoogde uitscheiding van parathormoon (PTH) zorgt ervoor dat de afbraak van botweefsel omhoog gaat. Hierdoor gaat het calciumgehalte in het bloed omhoog, maar in de botten omlaag. Zo kan botontkalking ontstaan. Het risico hiervan is dat er makkelijk botbreuken kunnen ontstaan.
Synoniemen
Andere namen voor schildklieradenoom zijn adenoom van de bijschildklier, adenoom van de glandula parathyreoidea, parathyreoïdaal adenoom en parathyroïdadenoom.
Engelse vertaling
Duitse vertaling
Adenom der Nebenschilddrüse
ICD10-code
D35.1
Verder lezen / Referenties
- AD van Zuilen ea, ‘Een patiënte met een palpabele zwelling in de hals door een cysteus bijschildklieradenoom‘, gepubliceerd in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde van 1 mei 2004; 148(18): pagina’s 896-898.
- C Marcocci & F Cetani, ‘Primary Hyperparathyroidism’, gepubliceerd in de rubriek ‘Clinical Practice’ van The New England Journal of Medicine van 22 December 2011; 365; 25: pagina’s 2389-2397.
Gepubliceerd door: Simpto.nl
Datum van publicatie: 17 september 2017
Auteur: Erwin Douwes
Laatst bijgewerkt op: 7 maart 2020
Reacties van lotgenoten
Hieronder kun je reageren op dit artikel. Je kunt feedback geven op het artikel, vragen stellen en/of aanvullingen of adviezen geven. Andere lezers kunnen daar weer op reageren. Zo kan een levendige discussie ontstaan. Het is ook een manier om in contact te komen met andere mensen met een adenoom van de bijschildkliertjes. Kijk eens op de webpagina over slokdarmkramp (oesofagusspasme) om te zien hoe een online discussie zich kan ontwikkelen.
Reacties worden niet automatisch gepubliceerd. Dit gebeurt nadat ze door de redactie van Simpto.nl gezien zijn. Daar kan soms enige uren overheen gaan.
Ik zou graag in contact komen met lotgenoten die een bijschildklieradenoom hebben of hebben gehad. Maart 2023 ben ik geopereerd om de bijschildklieradenoom te verwijderen in mijn borstkas. Deze operatie is uitgevoerd met een kijkoperatie, helaas is dit niet gelukt. Ik sta nu op een wachtlijst voor een nieuwe operatie, benadering zal zijn via mijn borstkas. De diagnose is 1 1/2 jaar geleden gesteld en intussen zijn mijn klachten veel. Intussen kreeg ik last van nierstenen, die met een operatie verwijderd zijn. Graag zou ik in contact komen met mensen die zich herkennen in het bovenstaande.
Hi:) bij mij 9/6/23 een grote bijschildklier adenoom verwijderd.
Mail me gerust 😉
Foutje 9-6-22 moet t zijn
Hallo Annemarie,
Kom graag met je in contact.
Groet, Jetty
Haii
Ik heb er ook een, maar wat is groot, heb een zichtbare bult in mijn nek
Vr grt Bianca
Hoi Jetty , ik ben momenteel aan het wachten om geopereerd te worden aan de bijschildklier adenoom . Ze gaan dat via mijn nek doen . Fijn als we contact kunnen hebben .
Na de operatie waarbij een bijschildklier verwijderd wordt zakt het calcium gehalte in het bloed, wat gebeurt dan met de hormonen onderling ?? De samenwerking met de interne klieren onderling.