Bijgewerkt op 12 september 2022
Wat zijn somatostatine-analoga?
Somatostatine-analoga zijn geneesmiddelen die na inname de werking van het stofje somatostatine nabootsen.
Welke zijn er?
De volgende somatostatine-analoga zijn beschikbaar als geneesmiddel:
- lanreotide (merknaam: Somatuline)
- octreotide (merknaam: Sandostatine)
- pasireotide (merknaam: Signifor)
Hoe werken ze?
Somatostatine-analoga binden aan de zogenaamde somatostatinereceptoren. Er zijn vijf verschillende somatostatinereceptoren, nummer 1 t/m 5, afgekort SST1, SST2, SST3, SST4 en SST5. De verschillende soorten somatostatinereceptoren zijn te vinden op de celmembraan van cellen van verschillende organen, zoals de hypofyse, de schildklier, de bijnieren en in het maagdarmkanaal. De verschillende somatostatine-analoga binden in sterkere of minder sterke mate aan de verschillende somatostatinereceptoren. Zo bindt octreotide vooral aan SST2 en SST5.
Somatostatine-analoga remmen de uitscheiding van groeihormoon en thyrotropine (TSH) in de hypofyse. Daarnaast remmen somatostatine-analoga de uitscheiding van bepaalde hormonen in het maagdarmkanaal, zoals VIP (vasoactive intestinal peptide), gastrine en secretine, en van hormonen die door de alvleesklier worden uitgescheiden (glucagon en insuline).
Bij welke aandoeningen worden ze gebruikt?
Somatostatine-analoga worden gebruikt bij de behandeling van verschillende aandoeningen, waaronder acromegalie, carcinoïd syndroom, ziekte van Cushing, polycysteuze nierziekte en polycysteuze leverziekte.
Welke bijwerkingen geven ze?
Somatostatine-analoga kunnen, net als alle medicijnen, bijwerkingen geven. De meest voorkomende bijwerkingen zijn bijwerkingen van het maagdarmkanaal, zoals buikpijn, misselijkheid, braken, diarree, vettige en brijige ontlasting (steatorroe), winderigheid (flatulentie) en darmverstopping (obstipatie). Andere bijwerkingen die kunnen voorkomen zijn hoofdpijn, reacties op de plaats van injectie (irritatie, jeuk, pijn, zwelling). Complicaties die kunnen optreden zijn galstenen, alvleesklierontsteking en een langzaam werkende schildklier (hypothyreoïdie). Voor aanvullende informatie verwijzen wij naar de webpagina’s over de afzonderlijke middelen.
Engelse vertaling
somatostatin, growth hormone–inhibiting hormone (GHIH), growth hormone release–inhibiting hormone (GHRIH), somatotropin release–inhibiting factor (SRIF), somatotropin release–inhibiting hormone (SRIH)